AMSTERDAM Amsterdam wil vanaf 2008 elk jaar 7 miljoen euro extra uittrekken om hardnekkige sociale problemen sneller aan te pakken.
Volgens wethouder Asscher is Amsterdam een stad van twee snelheden;eentje van voorsprong én achterstand. In die laatste groep zijn met name allochtonen vertegenwoordigd.
De armoede neemt nauwelijks af, de overlast op straat is nog steeds hardnekking en 20 procent van de kinderen in Amsterdam doet niet mee aan de Cito-toets. In sommige buurten kan de helft geen Cito-toets doen, aldus Asscher. "En de achterstand is gekleurd geworden. Dat is onverteerbaar, en toekomstig dynamiet.''

De gemeente gaat straat- en gezinscoaches stadsbreed invoeren, die moeten voorkomen dat jongeren ontsporen. Er gaat geld naar de slechtste scholen om de kwaliteit van het onderwijs te verbeteren. Ook komen er in heel Amsterdam 'stadsmariniers', ambtenaren die het mandaat hebben om problemen op te lossen. In Amsterdam-Noord loopt er al een.
Het stadsbestuur trekt 60 miljoen euro uit voor armoedebestrijding, 10 procent meer dan in 2006. Ongeveer 14.000 huishoudens komen in aanmerking voor een woonkostenbijdrage. Ook verloedering op straat staat hoog op de agenda. Er is respectievelijk 6 miljoen euro en 5 miljoen euro gereserveerd voor het opknappen van het Leidseplein en het Museumplein, zodat 'de visitekaartjes van de stad weer de uitstraling krijgen die hoort bij het centrum van een metropool.'

De gemeente gaat een lijst maken van de 20 tot 25 smerigste en meest verloederde plekken in de stad. De ergste tien worden voor 1 miljoen 'fatsoenlijk op orde' gemaakt.